VWO staat voor Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs. Het is het hoogste niveau van voortgezet onderwijs in Nederland. VWO-leerlingen volgen een brede opleiding die hen voorbereidt op een vervolgopleiding aan een universiteit of hogeschool.
De afkorting VWO werd voor het eerst gebruikt in 1955. Voor die tijd werd het hoogste niveau van voortgezet onderwijs aangeduid als HBS, wat staat voor Hoger Burgerlijk Onderwijs.
Het VWO duurt zes jaar en is opgedeeld in twee fasen: de onderbouw (klas 1 t/m 3) en de bovenbouw (klas 4 t/m 6). In de onderbouw volgen leerlingen vakken als Nederlands, Engels, wiskunde, aardrijkskunde, geschiedenis, biologie, natuurkunde en scheikunde. In de bovenbouw kunnen leerlingen kiezen uit een aantal profielvakken, zoals natuurkunde, scheikunde, biologie, wiskunde A, wiskunde B, economie, geschiedenis, aardrijkskunde, Nederlands, Engels en Frans.
Na het behalen van het VWO-diploma kunnen leerlingen doorstromen naar een universitaire of hbo-opleiding.