Als bokser wil je natuurlijk niet oplopen. Boksen is een contactsport, en blessures zijn altijd een risico. Maar er zijn een aantal dingen die je kunt doen om het risico op blessures te verminderen.
Ten eerste is het belangrijk om een goede techniek te hebben. Een goede techniek helpt je om je tegenstanders slagen te ontwijken en om je eigen slagen effectiever te maken.
Ten tweede is het belangrijk om fit te zijn. Een sterke conditie helpt je om je tegenstanders slagen te verwerken en om zelf meer kracht te zetten.
Ten derde is het belangrijk om je spieren goed te trainen. Sterke spieren helpen je om je gewrichten te beschermen.
Ten slotte is het belangrijk om je tegenstanders goed te kennen. Als je weet wat voor slagen je tegenstanders kunnen uitdelen, kun je je daarop voorbereiden.
Als je deze dingen in acht neemt, kun je het risico op blessures als bokser aanzienlijk verminderen.
Hier zijn enkele specifieke tips om als bokser niet op te lopen:
- Gebruik je handen om je hoofd te beschermen.
- Houd je schouders laag en je kin naar binnen.
- Beweeg je hoofd constant om de slagen van je tegenstander te ontwijken.
- Maak gebruik van je voeten om afstand te creëren tussen jou en je tegenstander.
- Train je buikspieren en rugspieren om je core te versterken.
- Doe rek- en strekoefeningen voor en na elk trainingsmoment.
Als je toch een blessure oploopt, is het belangrijk om die goed te laten behandelen. Een blessure die niet goed wordt behandeld, kan erger worden en je loopbaan als bokser in gevaar brengen.