Bij fotosynthese ontstaan twee stoffen: zuurstof en glucose. Zuurstof wordt vrijgegeven in de atmosfeer, waar het door mensen en dieren wordt ingenomen. Glucose wordt door de plant gebruikt als energiebron.
De formule voor fotosynthese is als volgt:
6 CO2 + 6 H2O + energie → C6H12O6 + 6 O2
Deze formule geeft aan dat 6 moleculen koolstofdioxide (CO2) en 6 moleculen water (H2O) met behulp van energie worden omgezet in 1 molecuul glucose (C6H12O6) en 6 moleculen zuurstof (O2).
De fotosynthese vindt plaats in de bladgroenkorrels van planten. De bladgroenkorrels bevatten het pigment chlorofyl, dat lichtenergie absorbeert. Met behulp van deze energie worden de moleculen koolstofdioxide en water omgezet in glucose en zuurstof.
Fotosynthese is een belangrijk proces voor het leven op aarde. Het zorgt voor de toevoer van zuurstof in de atmosfeer, die nodig is voor de ademhaling van mensen en dieren. Daarnaast is fotosynthese de bron van voedsel voor planten en dieren.