Gedogen in een kabinet is een politieke situatie waarin een partij of fractie die geen onderdeel uitmaakt van het kabinet, het beleid van het kabinet steunt. Deze partij of fractie wordt dan een gedoogpartner genoemd.
Gedogen is een manier om een regering te vormen wanneer geen enkele partij of coalitie een meerderheid van de zetels in de Tweede Kamer heeft. In dat geval kan een minderheidskabinet worden gevormd, dat steunt op de gedoogsteun van een andere partij of fractie.
De gedoogpartner heeft geen ministers of staatssecretarissen in het kabinet, maar kan wel invloed uitoefenen op het beleid. Dit gebeurt door middel van afspraken die in het gedoogakkoord worden vastgelegd.
Een voorbeeld van gedogen in een kabinet is het kabinet-Rutte II (2012-2017), dat bestond uit de VVD en het CDA. De PVV, die de grootste partij was geworden bij de verkiezingen van 2012, steunde het kabinet gedoogd.
Gedogen kan een stabiel kabinet opleveren, maar het kan ook instabiel zijn. Een gedoogpartner kan het kabinet immers altijd steun intrekken, waardoor het kabinet valt.
De volgende criteria zijn van belang voor een succesvol gedoogkabinet:
- De gedoogpartner moet een duidelijke agenda hebben. De partij of fractie moet weten wat het wil bereiken met het gedogen van het kabinet.
- De gedoogpartner moet bereid zijn tot compromissen. Het kabinet kan niet alle wensen van de gedoogpartner vervullen.
- Er moet vertrouwen zijn tussen de gedoogpartner en het kabinet. De partijen of fracties moeten bereid zijn om samen te werken.