Hier zijn 10 vormen van camouflage:
- Schutkleur is de meest voorkomende vorm van camouflage. Dieren hebben kleuren en patronen die overeenkomen met hun omgeving, waardoor ze moeilijk te zien zijn voor roofdieren of prooien. Voorbeelden zijn de bruine kleur van een hert, de groene kleur van een hagedis, of de gecamoufleerde vlinders.
- Vormvervaging is een vorm van camouflage waarbij de vorm van een dier wordt vervormd om het moeilijker te herkennen. Voorbeelden zijn de vlekken op een jaguar, de stekels van een egel, of de stengels van een wandelende tak.
- Schaduwwerking is een vorm van camouflage waarbij schaduwen worden gebruikt om de contouren van een dier te verbergen. Voorbeelden zijn de donkere vlekken op een pauw, de donkere strepen op een tijger, of de donkere plekken op een vis.
- Nabootsing is een vorm van camouflage waarbij een dier een ander object of wezen nabootst. Voorbeelden zijn de bloemvlinders, die bloemen nabootsen om roofdieren te ontmoedigen, of de kogelvissen, die koraal nabootsen om in hun omgeving te kunnen leven.
Hier zijn nog enkele andere vormen van camouflage:
- Dazzle-camouflage is een vorm van camouflage die wordt gebruikt om een object te verwarren en moeilijk te herkennen. Het wordt vaak gebruikt in de marine om schepen te camoufleren.
- Cryptic camouflage is een vorm van camouflage waarbij een object wordt gecamoufleerd door het te verbergen in zijn omgeving. Het wordt vaak gebruikt door insecten en andere kleine dieren.
- Disruptive coloration is een vorm van camouflage waarbij een object wordt gecamoufleerd door het patroon te verstoren. Het wordt vaak gebruikt door roofdieren om prooien te verwarren.
De vorm van camouflage die wordt gebruikt, hangt af van het dier of object dat wordt gecamoufleerd en de omgeving waarin het zich bevindt.