De uitdrukking “sprekend stuk hout” wordt gebruikt om iemand aan te duiden die veel praat, maar weinig zegt. Het is een negatieve uitdrukking, die suggereert dat iemand onzin praat of dat zijn woorden niet van waarde zijn.
De uitdrukking komt al voor in de 17e eeuw. In een boek uit 1667 wordt een persoon beschreven als “een sprekend stuk hout, dat maar kletst en kletst, maar niets zegt dat van belang is”.
De uitdrukking kan ook gebruikt worden in een meer figuurlijke zin. Zo kan het bijvoorbeeld gebruikt worden om iemand aan te duiden die veel praat, maar weinig doet.
Een voorbeeld van het gebruik van de uitdrukking “sprekend stuk hout” in een zin:
De politicus was een sprekend stuk hout. Hij sprak veel, maar zei niets dat van belang was.
Een voorbeeld van het gebruik van de uitdrukking “sprekend stuk hout” in een figuurlijke zin:
De leerling was een sprekend stuk hout. Hij sprak veel, maar deed niets.
De uitdrukking “sprekend stuk hout” is een sterke uitdrukking die kan worden gebruikt om iemand te beledigen of te kleineren.