In het honkbal wordt het woord “ruimen” gebruikt om verschillende acties aan te duiden. In het algemeen betekent het om een honk of een deel van het veld te bezetten.
In het defensieve spel wordt het woord “ruimen” gebruikt om aan te geven dat een verdediger een honk bezet. Dit gebeurt meestal nadat de slagman is uitgeschakeld. De verdediger zal het honk blijven bezetten totdat de volgende slagman komt slaan.
In het aanvallende spel wordt het woord “ruimen” gebruikt om aan te geven dat een aanvaller een honk bezet. Dit gebeurt meestal nadat de slagman een honkslag heeft geslagen. De aanvaller zal het honk blijven bezetten totdat hij wordt uitgeschakeld of een andere aanvaller hem naar een volgend honk brengt.
Specifieke voorbeelden van het gebruik van het woord “ruimen” in het honkbal:
- De korte stop ruimt tweede honk na het uitschakelen van de slagman.
- De eerste honkman ruimt het honk nadat de slagman een honkslag heeft geslagen.
- De werper ruimt eerste honk om een dubbelspel te creëren.
Andere betekenissen van het woord “ruimen” in het honkbal:
- Het woord “ruimen” kan ook worden gebruikt om aan te geven dat een honk of een deel van het veld vrij is van een verdediger. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren als een verdediger een honk verlaat om een slagman uit te schakelen.
- Het woord “ruimen” kan ook worden gebruikt om aan te geven dat een speler een honk of een deel van het veld verlaat. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren als een speler wordt uitgeschakeld of als hij een honkslag heeft geslagen.
Voorbeelden van het gebruik van het woord “ruimen” in de context van het honkbal:
- “De korte stop ruimt tweede honk voor de werper.”
- “De eerste honkman ruimt het honk nadat de slagman een honkslag heeft geslagen.”
- “De werper ruimt eerste honk om een dubbelspel te creëren.”
- “Het honk is vrij.”
- “De speler ruimt het honk na het uitschakelen van de slagman.”