Tot en met 2023 zijn er drie Nederlanders bekroond met de Nobelprijs voor de Economie.
Jan Tinbergen (1903-1994) was de eerste Nederlandse Nobelprijswinnaar voor de economie. Hij kreeg de prijs in 1969 samen met de Noor Ragnar Frisch “voor het ontwikkelen en uitvoeren van dynamische modellen voor analyses van economische processen.” Tinbergen was een pionier op het gebied van de macro-economie en ontwikkelde een aantal modellen die nog steeds worden gebruikt om economische processen te analyseren.
Gerard Debreu (1921-2004) kreeg de Nobelprijs voor de economie in 1983 “voor zijn baanbrekende bijdragen aan de theorie van de algemene evenwichtsprijzen.” Debreu was een theoretisch econoom die zich bezighield met de vraag hoe prijzen en hoeveelheden van goederen en diensten zich in een markteconomie tot elkaar verhouden. Hij ontwikkelde een aantal theorieën die nog steeds worden gebruikt om economische markten te begrijpen.
Guido Imbens (1963) is de meest recente Nederlandse Nobelprijswinnaar voor de economie. Hij kreeg de prijs in 2021 samen met Joshua Angrist en David Card “voor hun methodologische bijdragen aan de causale analyse van sociale en economische vraagstukken.” Imbens is een empirisch econoom die zich bezighoudt met het meten van de effecten van beleidsmaatregelen en andere factoren op economische uitkomsten. Hij ontwikkelde een aantal methoden die worden gebruikt om causale relaties te bepalen.
De Nobelprijs voor de Economie wordt sinds 1969 uitgereikt door de Koninklijke Zweedse Academie van Wetenschappen. De prijs is niet officieel een Nobelprijs, maar wordt wel vaak zo genoemd.