De natuurkundige eenheid van druk is de pascal (symbool Pa). De pascal is gedefinieerd als de druk die een kracht van 1 newton uitoefent op 1 vierkante meter.
1 Pa = 1 N/m²
Dus, als een kracht van 1 newton wordt uitgeoefend op een oppervlakte van 1 vierkante meter, dan is de druk 1 pascal.
Enkele voorbeelden van druk in pascal:
- De atmosferische druk op zeeniveau is ongeveer 101.325 Pa.
- De druk in een autoband is ongeveer 2.500 Pa.
- De druk in een bloedvat is ongeveer 100 Pa.
- De druk in een stoomketel kan oplopen tot 100.000 Pa.
In de praktijk worden er vaak ook andere eenheden voor druk gebruikt, zoals:
- Bar: 1 bar is gelijk aan 100.000 Pa.
- Psi: 1 psi is gelijk aan 6.894757 Pa.
- Atmosfeer: 1 atmosfeer is gelijk aan 101.325 Pa.
Deze eenheden worden vaak gebruikt in industriële en technische toepassingen.