In de vastgoedwereld wordt het minimum vaak gebruikt om de laagste prijs of huurprijs voor een woning of andere onroerende zaak aan te duiden. Het minimum kan worden vastgesteld door de overheid, door de markt of door een combinatie van beide.
Regelgeving
De overheid kan minimumprijzen vaststellen voor woningen of andere onroerende zaken om verschillende redenen. Zo kan het worden gedaan om de toegankelijkheid van woningen voor mensen met een laag inkomen te vergroten, of om de leefbaarheid in bepaalde gebieden te verbeteren.
Marktkrachten
De markt kan ook minimumprijzen bepalen. Dit gebeurt wanneer er een gebrek aan vraag naar een bepaalde woning of andere onroerende zaak is. In dit geval zullen kopers of huurders bereid zijn om alleen een prijs te betalen die hoger is dan het minimum.
Combinatie van factoren
In de praktijk worden minimumprijzen vaak bepaald door een combinatie van factoren. Zo kan de overheid een minimumprijs vaststellen, maar kan deze prijs worden verhoogd of verlaagd door marktkrachten.
Bijzondere gevallen
In sommige gevallen kan het minimum ook worden gebruikt om andere zaken te beschrijven, zoals:
- Het minimum aantal parkeerplaatsen dat bij een woning of andere onroerende zaak moet worden gebouwd.
- Het minimum aantal vierkante meters dat een woning moet hebben.
- Het minimum niveau van isolatie dat een woning moet hebben.
Deze minimumeisen worden vaak gesteld door de overheid om de kwaliteit van woningen te verbeteren of om het milieu te beschermen.