De dieren die slechts een tweetal minuten nodig hebben om voor nageslacht te zorgen, zijn die dieren die eieren leggen. Deze dieren hebben geen zorg nodig voor hun jongen, omdat de eieren al bevrucht zijn en de jongen zelf kunnen uitkomen. Voorbeelden van deze dieren zijn vissen, amfibieën, reptielen en vogels.
Sommige vissen, zoals de haai, leggen eieren die in een beschermende schaal zitten. Deze eieren kunnen enkele dagen of weken nodig hebben om uit te komen. Andere vissen, zoals de zalm, leggen eieren die direct na het leggen uitkomen.
Amfibieën, zoals kikkers en padden, leggen eieren die in het water uitkomen. De larven van amfibieën, die kikkervisjes worden genoemd, leven in het water en ademen met kieuwen. Als de kikkervisjes volgroeid zijn, komen ze uit het water en ademen ze met longen.
Reptielen, zoals slangen, hagedissen en krokodillen, leggen eieren die op het land uitkomen. De eieren van reptielen hebben een harde schaal die ze beschermt tegen uitdroging.
Vogels, zoals duiven, kippen en papegaaien, leggen eieren die in een nest worden gelegd. De ouders van de vogels broeden de eieren uit en zorgen voor de jongen totdat ze volgroeid zijn.
Deze dieren hebben slechts een tweetal minuten nodig om voor nageslacht te zorgen, omdat de eieren al bevrucht zijn en de jongen zelf kunnen uitkomen.