Het gemiddelde bloedvolume van een volwassen mens is ongeveer 5 liter. Dit is ongeveer 7% van het lichaamsgewicht. Vrouwen hebben gemiddeld 4,5 liter bloed, mannen 5,6 liter. Het bloedvolume kan variëren afhankelijk van het lichaamsgewicht, het geslacht, de lengte, de leeftijd en de gezondheid van de persoon.
Pasgeborenen hebben ongeveer 300 tot 400 ml bloed, wat ongeveer 8% van hun lichaamsgewicht is. Het bloedvolume neemt toe naarmate kinderen ouder worden, en bereikt het volwassen niveau rond de leeftijd van 15 jaar.
Mensen die op grote hoogtes leven, hebben meer bloed dan mensen die op zeeniveau leven. Dit komt omdat het lichaam meer zuurstof nodig heeft op grote hoogtes.
Bloed is een vloeistof die bestaat uit bloedplasma en bloedcellen. Bloedplasma is een heldere, gele vloeistof die ongeveer 55% van het bloedvolume uitmaakt. Bloedcellen zijn deeltjes die in het bloedplasma zweven. Er zijn drie soorten bloedcellen: rode bloedcellen, witte bloedcellen en bloedplaatjes.
Rode bloedcellen transporteren zuurstof door het lichaam. Witte bloedcellen beschermen het lichaam tegen infecties. Bloedplaatjes zorgen voor de bloedstolling.
Bloed is een essentieel onderdeel van het menselijk lichaam. Het is verantwoordelijk voor het transport van zuurstof, voedingsstoffen, hormonen en afvalstoffen. Het helpt ook om het lichaam te beschermen tegen infecties en om de bloedstolling te bevorderen.