Het centrale plein in de oude Griekse steden heette agora. Het was een open, publieke ruimte die het centrum van de stad vertegenwoordigde. De agora was de plaats waar mensen samenkwamen om te handelen, te debatteren, te vergaderen en te genieten van culturele evenementen.
De agora was meestal omgeven door openbare gebouwen, zoals de tempels, de stoa’s en het stadhuis. Het was ook de thuisbasis van markten, kraampjes en andere winkels. De agora was een levendige en bruisende plek waar de Griekse samenleving samenkwam.
De agora speelde een belangrijke rol in het politieke leven van de oude Griekse stad. Het was de plaats waar de volksvergadering, de ekklesia, samenkwam. De ekklesia was het hoogste politieke orgaan van de stad en besliste over alle belangrijke zaken, zoals oorlog en vrede, wetgeving en belastingen.
De agora was ook een belangrijk cultureel centrum. Het was de plaats waar mensen samenkwamen om te genieten van toneelstukken, muziek en sportevenementen. De agora was een plek waar de Griekse cultuur werd gevormd en gedeeld.