Als je een band vervangt op een fiets, heb je de volgende fietsonderdelen onderhanden:
- Band: De band is het onderdeel dat contact maakt met de weg. De band wordt vervangen als deze lek is, versleten is, of als je een andere band wilt monteren.
- Velg: De velg is het metalen frame dat de band omklemt. De velg wordt niet vervangen als je alleen de band vervangt.
- Spaken: De spaken zijn de draden die de velg met het frame verbinden. De spaken worden niet vervangen als je alleen de band vervangt.
- Naaf: De naaf is het onderdeel dat de spaken op hun plaats houdt. De naaf wordt niet vervangen als je alleen de band vervangt.
De volgorde waarin je de fietsonderdelen onderhanden hebt, is als volgt:
- Band verwijderen: Je verwijdert de band door de velg te ontluchten en de band van de velg te trekken.
- Nieuwe band monteren: Je monteert de nieuwe band door deze op de velg te leggen en de velg weer op te pompen.
- Band oppompen: Je pompt de band op tot de juiste spanning.
Als je een band vervangt, is het belangrijk om de juiste bandenspanning te gebruiken. De juiste bandenspanning staat vermeld in de handleiding van je fiets. Als je de verkeerde bandenspanning gebruikt, kan dit leiden tot een onveilige rijsituatie.
Hier zijn enkele tips voor het vervangen van een band:
- Gebruik een fietspomp met manometer om de juiste bandenspanning te bereiken.
- Zorg ervoor dat de band goed op de velg zit voordat je hem oppompt.
- Als je een lekband hebt, zoek dan de plaats van het lek. Je kunt dit doen door de band met water te besproeien. De plek waar de bubbels verschijnen, is de plek van het lek.
Als je niet zeker weet hoe je een band moet vervangen, kun je dit laten doen door een fietsenmaker.