Rond 1900 ontwikkelde de feministische beweging zich in een stroomversnelling. Het werd een belangrijk thema zowel op nationaal als internationaal niveau, met name de strijd voor vrouwenkiesrecht. Vrouwen zoals Marie Popelin stonden aan de voorhoede van deze beweging en hadden geleid tot belangrijke stappen in het streven naar gelijke rechten.
Feministen rond de eeuwwisseling van 1900 waren ontevreden met de beperkte politieke en maatschappelijke rechten van vrouwen in die tijd. Het leven van een vrouw was toen getekend door vaste lijnen – trouwen, kinderen baren en zorgen voor het gezin. Dit was niet genoeg en vrouwen begonnen zich te verzetten en te vechten voor hun rechten.
Een bekende feministe uit deze tijd was Catharina Alberdingk Thijm. Zij combineerde haar strijd voor vrouwenrechten met haar katholieke geloof. Haar inzet maakte haar een toonaangevend figuur in de feministische beweging. Zij was ook de leidende kracht in de Nationale Tentoonstelling van Vrouwenarbeid in 1898.
Het feminisme:
Periode | Belangrijke personen | Belangrijkste kwesties |
---|---|---|
Rond 1900 | Marie Popelin, Catharina Alberdingk Thijm | Vrouwenkiesrecht, rechten van werkende vrouwen |
Rond dit tijdperk ontstonden er ook ideeën over feminisme en socialisme. Helaas zijn deze ideeën tegenwoordig vaak vergeten, maar ze hebben zeker invloed gehad op de ontwikkeling van de feministische beweging.