De mager slang kroop door het hoge gras. Zijn huid hing slap om zijn lichaam, zijn ribben staken er duidelijk doorheen. Hij was al weken op zoek naar voedsel, maar had niets kunnen vinden. Hij was uitgehongerd en verzwakt.
Opeens zag hij een muisje over het gras lopen. Hij sprong op en beet de muis in zijn nek. De muis stierf meteen. De slang slikte hem in één hap door.
De slang voelde zich meteen beter. Zijn energie kwam terug en hij kon weer verder lopen. Hij kroop door het bos, op zoek naar meer voedsel.
Na een paar uur kwam hij bij een waterval. Hij kroop onder de waterval en dronk zich vol. Daarna ging hij in het zonnetje liggen om op te warmen.
De slang lag een paar uur te zonnebaden. Toen hij weer opstond, voelde hij zich weer helemaal fit. Hij was nog steeds mager, maar hij was niet langer uitgehongerd.
De slang kroop verder door het bos. Hij wist dat hij nog steeds op zoek moest naar voedsel, maar hij was nu in ieder geval niet meer in levensgevaar.
**
De zin “die slang haast zich magertjes voort” kan op verschillende manieren worden geïnterpreteerd. Het kan betekenen dat de slang zich snel voortbeweegt, omdat hij bang is of omdat hij op zoek is naar voedsel. Het kan ook betekenen dat de slang zich haast, omdat hij ziek is of omdat hij ergens heen moet.
In dit geval is het waarschijnlijk dat de slang zich haast, omdat hij uitgehongerd is. Hij is op zoek naar voedsel en hij weet dat hij niet lang meer kan overleven als hij niet snel iets vindt.
De zin “die slang haast zich magertjes voort” kan ook worden gezien als een beeldspraak. Het kan betekenen dat iemand zich haast, maar dat hij niet veel energie heeft. Hij is uitgeput of verzwakt, maar hij moet toch doorgaan.
In dit geval kan de zin worden toegepast op iemand die zich haast om een deadline te halen, maar die zich tegelijkertijd zorgen maakt over een examen of een presentatie.