De menselijke schedel bestaat uit 22 botten, die allemaal met elkaar verbonden zijn door gewrichten. Deze gewrichten zorgen ervoor dat de schedel een flexibele structuur is die kan bewegen, maar toch sterk genoeg is om de hersenen te beschermen.
Het enige beweeglijke deel van de menselijke schedel is de onderkaak. De onderkaak is verbonden met het schedeldak door het temporomandibulaire gewricht (TMJ). Dit gewricht is een scharniergewricht dat de onderkaak kan openen en sluiten.
De onderkaak is belangrijk voor het spreken, eten en slikken. Door de onderkaak te openen en sluiten, kunnen we onze mond openen om te ademen, te eten en te praten. De onderkaak speelt ook een rol bij het kauwen, waarbij de tanden van de bovenkaak en onderkaak tegen elkaar worden gedrukt om voedsel te vermalen.
De onderkaak is een complex gewricht dat goed gecoördineerd moet werken om zijn functies goed uit te kunnen voeren. Het TMJ kan verstoord raken door een ongeval, overbelasting of artritis. Dit kan leiden tot pijn, stijfheid en andere problemen met het kauwen, eten en spreken.
Naast de onderkaak zijn er nog een aantal andere delen van de schedel die enigszins kunnen bewegen. Zo kunnen de schedelbeenderen die de neusholte vormen, enigszins verschuiven. Dit is nodig om de neusholte vrij te houden voor de ademhaling. Ook de schedelbeenderen die de oren vormen, kunnen enigszins bewegen. Dit is nodig om het gehoor goed te laten functioneren.