Een wortelstelsel bestaat uit de volgende delen:
- Hoofdwortel: De hoofdwortel is de primaire wortel die uit de kiemwortel groeit. Bij tweezaadlobbigen is de hoofdwortel goed ontwikkeld, terwijl deze bij eenzaadlobbigen meestal niet goed ontwikkeld is.
- Zijwortels: De zijwortels groeien uit de hoofdwortel. Zijwortels kunnen zich verder vertakken tot secundaire, tertiaire, enz. wortels.
- Wortelhaartjes: Wortelhaartjes zijn kleine uitsteeksels aan de uiteinden van de wortels. Ze vergroten het oppervlak van de wortel, waardoor de plant meer water en voedingsstoffen kan opnemen.
- Wortelschijfjes: Wortelschijfkjes zijn verdikkingen aan de basis van de wortels. Ze bevatten groeihormonen die de groei van de wortels stimuleren.
De vorm en structuur van het wortelstelsel varieert per plant. Sommige planten hebben een tapwortelstelsel, waarbij de hoofdwortel veel langer is dan de zijwortels. Andere planten hebben een penwortelstelsel, waarbij de zijwortels even lang zijn als de hoofdwortel.
De functies van het wortelstelsel zijn:
- Water en voedingsstoffen opnemen: De wortels van planten nemen water en voedingsstoffen op uit de bodem. Water is nodig voor de fotosynthese, terwijl voedingsstoffen nodig zijn voor de groei en ontwikkeling van de plant.
- Stabiliseren van de plant: De wortels van planten stabiliseren de plant in de grond. Dit is belangrijk voor planten die in winderige of vochtige omstandigheden groeien.
- Opslag van voedingsstoffen: Sommige planten, zoals aardappelen en wortelen, slaan voedingsstoffen op in hun wortels. Deze voedingsstoffen kunnen later door de plant worden gebruikt.
De groei van het wortelstelsel wordt beïnvloed door een aantal factoren, waaronder de samenstelling van de bodem, de hoeveelheid water en voedingsstoffen in de bodem, en de temperatuur.