De gemiddelde kooktijd voor wortels is 10 tot 15 minuten. De exacte kooktijd hangt af van de grootte en de soort wortel. Kleine, jonge wortels zijn sneller gaar dan grote, oude wortels. Ook de soort wortel speelt een rol. Zo zijn wortelen met een taaie schil, zoals winterwortelen, iets langer nodig om gaar te worden.
Om te controleren of wortels gaar zijn, kun je er met een vork in prikken. Als de vork er gemakkelijk doorheen gaat, zijn de wortels gaar.
Hier zijn de stappen om wortels te koken:
- Was de wortels goed onder stromend water.
- Snij de wortels in gelijke stukken, afhankelijk van de grootte.
- Doe de wortels in een pan met ruim water.
- Breng het water aan de kook.
- Laat de wortels 10 tot 15 minuten koken, of tot ze gaar zijn.
- Giet de wortels af en serveer ze.
Hier zijn nog een paar tips voor het koken van wortels:
- Voeg een snufje zout toe aan het water om de wortels extra smaak te geven.
- Je kunt de wortels ook stomen of in de oven bakken.
Geniet van je wortels!