Het antwoord is voorsprong.
De letters F, L, O, O, R, S, P, R, O, N vormen samen het woord “voorsprong”. Dit woord betekent dat iemand of iets een voorsprong heeft op iemand of iets anders. In de zin “Ze lopen flink uit maar zullen niet gauw wat winnen” betekent “voorsprong” dat de ene partij een voorsprong heeft op de andere partij, maar dat ze die voorsprong niet snel zullen uitbreiden.
Een andere mogelijke oplossing is vooruitgang. Dit woord betekent dat iemand of iets vooruitgaat. In de zin “Ze lopen flink uit maar zullen niet gauw wat winnen” betekent “vooruitgang” dat de ene partij vooruitgaat, maar dat ze die vooruitgang niet snel zullen behouden.
Welke oplossing de juiste is, hangt af van de context waarin de zin wordt gebruikt.