Geneesmiddelen die micro-organismen doden of hun groei remmen, worden antimicrobiële middelen genoemd. Er zijn drie hoofdgroepen antimicrobiële middelen:
- Antibiotica werken tegen bacteriën. Ze doden bacteriën door hun celwand te vernietigen, hun DNA te beschadigen of hun eiwitsynthese te blokkeren.
- Antivirale middelen werken tegen virussen. Ze doden virussen door hun genetisch materiaal te blokkeren, hun replicatie te remmen of ze uit het lichaam te verwijderen.
- Antimycotische middelen werken tegen schimmels. Ze doden schimmels door hun celwand te vernietigen, hun DNA te beschadigen of hun eiwitsynthese te blokkeren.
Antimicrobiële middelen worden gebruikt om infecties te behandelen die worden veroorzaakt door micro-organismen. Ze kunnen ook worden gebruikt om infecties te voorkomen, bijvoorbeeld bij mensen met een verzwakt immuunsysteem.
Antimicrobiële middelen werken op verschillende manieren om micro-organismen te doden of hun groei te remmen. Enkele voorbeelden zijn:
- Antibiotica die de celwand van bacteriën vernietigen, zoals penicilline en amoxicilline, werken door de verbindingen tussen de verschillende lagen van de celwand te verbreken. Dit zorgt ervoor dat de bacterie niet meer kan overleven.
- Antivirale middelen die het genetisch materiaal van virussen blokkeren, zoals aciclovir en zidovudine, werken door de synthese van virus-DNA of -RNA te remmen. Dit voorkomt dat het virus zich kan repliceren.
- Antimycotische middelen die de celwand van schimmels vernietigen, zoals fluconazol en ketoconazol, werken door de verbindingen tussen de verschillende lagen van de celwand te verbreken. Dit zorgt ervoor dat de schimmel niet meer kan overleven.
Antimicrobiële middelen kunnen een belangrijke rol spelen in de behandeling van infecties. Het is echter belangrijk om ze alleen te gebruiken wanneer ze echt nodig zijn, omdat overmatig gebruik kan leiden tot resistentie.
Hier zijn enkele tips voor het veilig en effectief gebruik van antimicrobiële middelen:
- Gebruik antimicrobiële middelen alleen op advies van een arts.
- Neem de volledige kuur af, zelfs als je je beter voelt.
- Stop niet met het nemen van antimicrobiële middelen zonder overleg met uw arts.
- Bewaar antimicrobiële middelen op een veilige plaats buiten het bereik van kinderen.
- Gooi ongebruikte antimicrobiële middelen op de juiste manier weg.