Vulkanen komen voor op alle continenten, maar de meeste vulkanen liggen aan de randen van tektonische platen. Tektonische platen zijn grote stukken van de aardkorst die over elkaar heen bewegen. Wanneer twee platen botsen, wordt de aardkorst naar beneden geduwd. Dit kan leiden tot het ontstaan van een vulkaan.
Een voorbeeld van een gebied met veel vulkanen aan de rand van tektonische platen is de Pacifische Ring van Vuur. Deze ring strekt zich uit van Nieuw-Zeeland tot Zuid-Amerika en omvat onder meer Indonesië, de Filipijnen, Japan, de Koerilen, Kamtsjatka en de westkust van Amerika.
Er zijn ook vulkanen die niet aan de rand van tektonische platen liggen. Deze vulkanen worden hotspotvulkanen genoemd. Hotspotvulkanen ontstaan wanneer magma uit de diepe aardmantel naar de aardkorst stijgt. Een voorbeeld van een hotspotvulkaan is de vulkaan Hawaï.
In totaal zijn er ongeveer 1.500 actieve vulkanen op aarde. De meeste van deze vulkanen zijn klein en komen zelden tot uitbarsting. Er zijn echter ook enkele grote vulkanen die regelmatig uitbarsten. Een voorbeeld van een grote actieve vulkaan is de vulkaan Etna op Sicilië.
Vulkanen kunnen grote gevolgen hebben voor het leven op aarde. Uitbarstingen van vulkanen kunnen leiden tot aardbevingen, tsunami’s en luchtvervuiling. Vulkanische as kan ook de landbouw en de economie verstoren.