De geestelijke vader van Sherlock Holmes is de Schotse schrijver Arthur Conan Doyle. Hij creëerde de detective in 1887 in het verhaal “A Study in Scarlet”. Holmes is een excentrieke, maar geniale detective die zijn deductieve vaardigheden gebruikt om misdaden op te lossen. Hij is vaak te zien in de straten van Londen met zijn beste vriend en assistent, Dr. Watson.
Doyle schreef 56 verhalen over Sherlock Holmes, die in vier romans en 52 korte verhalen zijn gebundeld. De verhalen zijn vertaald in meer dan 100 talen en zijn bewerkt voor radio, televisie, film en theater.
Hoewel Doyle de geestelijke vader van Holmes is, is hij niet de enige die aan de ontwikkeling van de detective heeft bijgedragen. Doyle baseerde Holmes op verschillende mensen en ideeën, waaronder:
- Joseph Bell, een professor in de klinische logica aan de Universiteit van Edinburgh. Bell was een expert in het observeren van mensen en het afleiden van hun karakter en verleden.
- Eugène François Vidocq, een Franse misdadiger die later een succesvolle privédetective werd. Vidocq was een expert in het vermommen en het inbreken in huizen.
- The French Police Gazette, een misdaadkrant uit het 19e-eeuwse Frankrijk. De krant publiceerde verhalen over echte misdaden en detectives, die Doyle inspireerden.
Sherlock Holmes is een van de meest iconische personages in de geschiedenis van de literatuur. Hij is een bron van inspiratie voor schrijvers, filmmakers en televisiemakers over de hele wereld.