Het Nederlandse woord “met” heeft in het Frans verschillende vertalingen, afhankelijk van de context.
- Met als hulpwerkwoord
In het Nederlands wordt “met” vaak gebruikt als hulpwerkwoord, om aan te geven dat iets samen met iets anders gebeurt. In het Frans wordt dit vertaald met het werkwoord “avec”.
Voorbeelden:
-
Ik ga met mijn vriend naar de film. (Je vais au cinéma avec mon ami.)
-
Ik heb een boek gekocht met mijn zus. (J’ai acheté un livre avec ma sœur.)
-
Met als voorzetsel
In het Nederlands wordt “met” ook vaak gebruikt als voorzetsel, om een relatie aan te geven tussen twee woorden of zinnen. In het Frans kan “met” in deze context worden vertaald met verschillende voorzetsels, afhankelijk van de betekenis.
Enkele voorbeelden:
-
Ik ga met de trein naar Parijs. (Je vais à Paris en train.)
-
Ik ben blij met je hulp. (Je suis content de ton aide.)
-
Ik heb een probleem met mijn computer. (J’ai un problème avec mon ordinateur.)
-
Met als bijwoord
In het Nederlands wordt “met” ook wel gebruikt als bijwoord, om een manier of stijl aan te geven. In het Frans kan “avec” in deze context worden vertaald met het bijwoord “avec” of met het werkwoord “en”.
Enkele voorbeelden:
-
Ik spreek Frans met een Nederlands accent. (Je parle français avec un accent néerlandais.)
-
Hij heeft het schilderij met veel zorg gemaakt. (Il a fait le tableau avec beaucoup de soin.)
-
Met als zelfstandig naamwoord
In het Nederlands kan “met” ook worden gebruikt als zelfstandig naamwoord, om een instrument of hulpmiddel aan te duiden. In het Frans kan “avec” in deze context worden vertaald met het zelfstandig naamwoord “avec” of met het voorzetsel “avec”.
Enkele voorbeelden:
- Ik heb een pen met me. (J’ai un stylo avec moi.)
- Hij heeft een potlood met gum. (Il a un crayon avec gomme.)
In het algemeen is het dus belangrijk om de context te bekijken om de juiste vertaling van “met” in het Frans te bepalen.